Week 1 oktober
Woensdagmorgen, ik ben echt begonnen. Het is buiig, dus er zijn weinig mensen op straat. Ik zie veel dozen met oud papier en lege flessen en blikjes. Hier en daar, vooral bij de flats, slordig neergezet. Bij de laagbouwhuizen aan de Amerstraat en Zoomkade zijn de dozen keurig dichtgevouwen.
Op de Amerstraat valt me op dat er 2 laagbouwhuizen erg verwaarloosd zijn. Dichte gordijnen, gras manshoog. Meteen aansluitend 5 keurige huizen met mooie tuinen.
Ik zie in de portiekflats even verderop dat slechts hier en daar een naambordje is opgehangen. Bijna allemaal Nederlandse namen. Opvallend dat daar vaak nee/nee stickers bij hangen. Een enkele nee/ja. Groot deel van de bellen heeft geen naambordjes.
Er zijn overal afvalbakken die bijna allemaal vol zitten. Worden ze slecht geleegd of gooien bewoners zo keurig hun afval in de bak of is er gewoon heel veel afval. Jaren geleden woonde ik in deze straat. Hier begonnen we als jong stel in een driekamerflatje. Vorige week had ik gezien dat er een grote tekst op het raam is geplakt. “De liefde vergaat nimmermeer”; dat intrigeert me enorm.
Ik schuil in mijn oude portiek, Deltalaan 220, en tuur naar het naambordje van nr. 220. Tobi, Saskia en Joas. De laatste naam is bijna doorgekrast.
Na enige aarzeling bel ik aan. Een stem over de balkonreling vraagt wat ik wil. Het is een pikzwarte jongeman. Ik zeg hem dat ik hier vroeger woonde en graag nog een keer wil kijken. Het mag, hij doet me wat aarzelend open. Het is een groezelige flat geworden; vuil en verwaarloosd. Hij slaapt in de kleine voorkamer. De grote woonkamer van weleer is in tweeën gesplitst. Er wonen nu 3 mensen zo blijkt. Het grote plakkaat met een Bijbeltekst “De liefde vergaat nimmermeer” brengt een gesprek op gang. Hij kwam 7 jaar geleden uit Angola. Heeft een Nederlandse vriendin en een kindje met haar. Hij denkt dat hij spoedig zal vertrekken uit deze flat. De Turkse eigenaar heeft misschien iets anders voor hem, of anders de woningcorporatie Rentree. Hij vindt het prima hier in de wijk, maar doet er weinig. Hij is 35 en heet Paf.
Ik kom tijdens mijn verdere tocht alleen haastige mensen tegen. De regen brengt weinig volk op straat. Ik besluit een keer de bus te nemen, want daarbij kun je misschien ook gemakkelijk in contact komen met iemand.
Bespiegelingen (deze koppen waren bedacht door de opdrachtgever).
Ik vraag me af hoe bewoners van de Amerstraat naast zo’n verwaarloosd huis zich voelen en verhouden met die troep zo direct naast zich. Wil ik onderzoeken.
Ik stel me voor dat nee/nee-stickermensen bewust levende mensen zijn. Jongelui? Studenten. Ze nemen in elk geval de moeite een naam aan te brengen. De rest is anoniem.
Paf vertelde me dat hij een Christen is en daarom die tekst had opgehangen. Hij vertelde over de 3 soorten liefde: die tussen man en vrouw, die tussen vrienden en de liefde van God. Die laatste is onbaatzuchtig (woord dat hij omschreef). Zijn Nederlands was best goed. Ik had ook de indruk dat hij werkte. Toen ik hem vroeg hoe de liefde van God zich uitte wees hij wat schuchter op een dikke jas die over de verwarming lag te drogen, Bleek van een verslaafde die op dat moment bij hem mocht slapen. Een voorbijganger, toevallige passant of iemand die opgepikt had? Zit hij in een Christelijke beweging die zich o.a. om verslaafden bekommerd. Is dit een nog niet in kaart gebrachte sociale groep in deze wijk, de christenen bedoel ik?
Wat gebeurt er eigenlijk met verslaafden in de Rivierenwijk. Is er een opvangprogramma?
En wat een wonderlijk toeval dat er op mijn oude fat die Bijbeltekst staat. “de liefde vergaat nimmermeer”, het was mijn trouwtekst.
Toevallige ideeën, initiatieven of activiteiten die je tegenkomt
Tijdens het gesprek met Bert van Rentree kwamen we al pratende op het idee dat je een tv-programma zou kunnen maken over wasjes. Dus de wijk ingaan en wasgesprekken houden, Op die manier kom je gemakkelijk bij mensen binnen en het kan aardige tv opleveren waar je mogelijk ook Turkse en andere allochtone inwoners mee bereikt. Aanleiding was dat het DTV Rivierenwijk-programma niet op de schotel zit en dus nauwelijks wordt bekeken door die bevolkingsgroep. Voorlopig doe ik mijn wasgesprekjes nog zonder camera. Zelfs in de regen hangen er n.l. wasjes, dus volgende keer gebruik ik die invalshoek.
Wat heeft je getroffen, wat is je opgevallen?
Dat ik behoorlijk nat ben geworden en dat het een heel anonieme wijk lijkt.