Ik zag de Andes-Condor
Een paar jaar geleden maakte ik een wandelvakantie in Peru. Een prachtige reis, indrukwekkende kleurrijke natuur en aardige mensen. Gezelschap van 14 mensen, lekkere wandelingen, hoogteziekte, wat wil een mens nog meer.
Een van de hoogtepunten van de reis was voor mij behalve de wandeling over het oude Inkapad naar Maccu Puzzi, natuurlijk het zien van de Andes-Condor.
Daar zit je dan, ‘s morgens om half 6, op de randje van een duizelingwekkend kloof. De Colca Canyon is met zijn 3350 meter de diepste kloof ter wereld (2 x zo diep als de Grand Canyon in de VS). Het heeft die nacht 15 graden gevroren, we zitten op 3500 meter, dus muts op en handschoenen aan. Het gezelschap om me heen is onrustig en koud. “Zie jij al wat” en “Hoe laat zijn ze er meestal”. In mijn groep bevindt zich helaas geen vogelaar. Ik ben in het bezit van de enige kijker in ons midden en niemand is er in geïnteresseerd. Alle digitale camera’s zijn in de aanslag. Sommige met een motordrive, dat wil zeggen dat ze achter elkaar een hele serie foto’s kunnen schieten. Laat maar komen dat beest.
Ik probeer de menselijke geluiden om me heen uit te sluiten. Heel diep beneden hoor je vaag het ruizen van de rivier. De zon is nog niet op, maar in het oosten zie je het al lichter worden. Een half uur later is het gezelschap aanzienlijk uitgedund. Terug in de bus, daar is het ietsje warmer.
En dan opeens is hij er.
Een grote zwarte schim nauwelijks zichtbaar tegen de achtergrond van de bergwand. Hij komt onder me vandaan vliegen. Ik zit n.l. op de wand waarin ze nestelen. Zoef, nog een. Ze beginnen traag een acht te draaien, de vleugels bewegen nauwelijks. Even snel als ze gekomen zijn, zijn ze ook weer weg. Voorbodes die even moeten proeven hoe het met de thermiek staat? Het duurt zeker 10 minuten voor de volgende vogel zich losmaakt van de bergwand. Dit keer is het een volwassen mannetje. Zijn zwart-witte tekening is goed te zien. Hij blijft zijn achten draaien en al snel heeft hij gezelschap van meerdere vogels. De mensen om me heen komen in beweging. Er wordt geroepen en de camera’s klikken. Later zal blijken dat sommige traag opbouwende digitale camera’s veel staarten en vleugelpunten hebben vastgelegd.
Ik heb plezier van m’n reiskijkertje. Heb het gevoel dat ik het beest bijna in z’n ogen kijk. Voel me zo geweldig rijk dat ik dit mag zien en voel meteen ook dat het zo geweldig jammer is dat er niemand bij me is met wie ik dat overweldigende gevoel kan delen.
Op een gegeven moment cirkelen er 15 reuzenvogels in de kloof, steeds hoger, steeds meer ook aftekenend tegen de snel blauwer wordende lucht.
En dan opeens, zijn ze weg. Alsof een grote windvlaag ze heeft weggeblazen, over de witte toppen van de Andes op zoek naar kadavers en ander voedsel.
Twee dagen later komen we op onze terugweg opnieuw langs het observatiepunt en onze gids stelt voor nog even te gaan kijken. Ik hoor naast mij iemand zeggen: “Waarom, we hebben ze toch gezien”. Om hem heen wordt instemmend geknikt. Gelukkig zijn er een paar medestanders die het net als ik, nog wel een keer willen zien. Ha, ik mag nog een keer.
Ook de tweede keer is het geweldig, maar de magie van dat eerste moment is er niet meer. Die plotselinge imposante verschijning, daar op die vroege koude ochtend hoog in de Andes, zal ik nooit meer vergeten.
Andes-condor
Wetenschappelijke naam: Vultur gryphus
Engelse naam: Andean Condor
Verspreiding: Andesgebied
Voedsel: Voornamelijk aas, maar ook grote levende dieren
Grootte: Lengte 102 – 130 cm Spanwijdte 300 cm of meer
Gewicht: Een volwassen mannetje kan wel 11 kg wegen
De Andes Condor is het meest tot de verbeelding sprekende dier van de Andes,
en komt nog vrij veel voor in afgelegen delen van het Andesgebergte van Colombia tot aan Vuurland.
Deze Condors zijn de grootste roofvogels op aarde.
Met een maximale spanwijdte van 3.20 m kunnen condors urenlang zweven op de thermiek zonder een enkele vleugelslag.
De vogels cirkelen in grote bogen boven de bergen op zoek naar dode beesten.